Wist je dat mijn vader in Amsterdam geboren is. Net als mijn moeder, twee jaar later. Hij groeide op in De Baarsjes en zij in Oud-Zuid. Twee stadsdelen, twee gezinnen, twee werelden vol verschil. Mijn vader deelde twee slaapkamers en een zolder met acht broers en een zus. Het huishouden was warm en gezellig. Mijn moeder groeide op met een oudere zus en krullen in haar steile haar die mijn oma erin draaide met papilotten van lapjes stof. Net zoals ze later ook bij mij zou doen. Haar vader werkte bij de post en wanneer hij thuiskwam verstopte ze zich onder zijn blauwzwarte cape. Haar armen stevig onder zijn oksels geklemd. Door de ramen van de sluisstraat scheen altijd de zon.
Wist je dat mijn vader de beste leerling was op de ambachtsschool. Zijn vader was zo trots als vaders kunnen zijn. Ik heb de foto waarop mijn vader staat als leerling timmerman. Met verlegen blik en hamer in zijn hand. Mijn moeder had het geduld niet om te leren. De wereld trok. In pencilrok en met opgestoken haren dicteerde ze vrolijkheid op kantoor. Daar kon haar volwassen leven beginnen. Een meisje met dromen en een tekenmap onder haar arm. Wist je dat mijn moeder daar geen tekeningen in bewaarde. Maar het paste zo goed bij wie ze wilde zijn als ze in het artistieke café Eijlders zat. Mijn moeder was een pleiner. Mijn vader was een nozem. Hij spaarde zorgvuldig voor zijn dromen. Een brommer, een gitaar en elke week een singletje met muziek die hij wilde leren spelen op zijn gitaar. Daar kon hij zich achter verschuilen op feestjes.
Wist je dat mijn vader in een album pasfoto’s plakte van de meisjes die hij leuk vond. Het zijn er wel acht op één bladzijde. Met hun namen erbij. Wanneer je verder bladert weet je ook wanneer hij echt zijn hart verloor. Acht pasfoto’s weer, maar van hetzelfde meisje deze keer. Mijn moeder. Ze kijkt erop zoals ze vast naar mijn vader heeft gekeken. Zacht en met haar hoofd een beetje schuin. Haar naam staat in het midden geschreven. In het keurige handschrift van mijn vader. Hij heeft er een hart met een pijl bij getekend. En zijn eigen naam. ‘Mag ik uw dochter vanavond thuis brengen?’, had hij verlegen aan mijn opa gevraagd toen hij haar leerde kennen op een feestje. Ik denk dat mijn opa toen een grapje heeft gemaakt.
Wist je dat mijn moeder 19 was toen ze trouwde. En mijn vader 21. Ze gingen samenwonen op de zolder van de sluisstraat. Ze sliepen in het uitklapbed waarin ik later als kind logeerde en met mijn oma naast me ‘ ik zie ik zie wat jij niet ziet’ speelde. Hun volwassen leven begon daar waar ze ’s avonds een trap naar beneden liepen om aan te schuiven voor het eten. Totdat ze voor hun eerste woning verhuisden naar een ander stadsdeel. Oost. Daar werden mijn broer en ik geboren, op de Tilanusstraat 71. Wist je dat mijn ouders nog een zoon hebben. Tom. Hij was hun eerstgeborene en werd maar een week oud. Pas jaren later vertelt mijn moeder weleens over hem. Maar niet vaak. Dat deel van haar hart is stuk.
Wist je dat in de Tilanusstraat een bruine rieten schommelstoel hing en de kat Poekie heette. Mijn vader had lange bakkenbaarden en mijn moeder twee staarten met een zorgvuldige krul aan de uiteinden. Door de ramen scheen altijd de zon. Alsof mijn vader en moeder gemaakt waren voor het ouderschap. Voor elkaar Wist je dat tijd vliegt in huizen waar kinderen opgroeien. De dagen lang zijn en de jaren kort. We verhuisden naar weer een ander stadsdeel en dat maakte van mij een Amsterdam Noord-meisje. Mijn vader timmerde aan de stad en mijn moeder ging – net als haar vader – werken bij de post. In de avonden zodat ze overdag bij mijn broer en mij kon zijn. De vakanties in Frankrijk en de weekenden in ons tuinhuisje roepen nog altijd een gevoel van eindeloze vrijheid bij me op.
Wist je dat mijn vader en moeder opa en oma van vijf kleinkinderen zijn. En dat ze makkelijk passen in hun huis en in hun hart. Dat ze veel jaren tellen, zeker als je ze samen bij elkaar optelt. Wist je dat mijn vader nog altijd timmert. Vorig jaar een ingewikkelde boekenkast voor ons huis en deze week nog voor zijn oudste kleindochter een kastje voor al haar schoenen. En dat mijn moeder zich dan zorgen maakt over zijn stramme spieren. Wist je dat mijn vader en moeder zoveel van elkaar houden dat je het kunt zien. Als je goed oplet natuurlijk. Haar blik zacht. Zijn woorden lief. Ze lachen veel. Een heel leven samen. Zacht gesponnen liefde. De fotoalbums in de kast vormen het bewijs. Mijn broer en ik. Onze kinderen. Vandaag zijn ze 59 jaar getrouwd. Een grote liefde waar je niet over leest in kranten.
Wist je dat ik van ze hou.

3 Reacties
Wat een prachtige Ode aan twee prachtige mensen. En ik ben een gelukkig mens, dat beide in mijn leven zijn💞
Je hebt fantastische ouders lieverd🥰😘💞
Koesteren en lief hebben…❤️❤️
Wat een lieve reactie Miriam! X